Historie

De vroegste geschiedenis

In een archiefstuk uit 1326 is er al sprake van een “molle opden mollecamp” in Wateringen. In 1574 vernielden de Spanjaarden deze molen. Op een kaart uit 1646 staat op deze locatie een standaardmolen ingetekend. Arnoldus van Rhijn wordt in 1776 als molenaar vermeld. Hij was een familielid van Rembrandt van Rhijn, wiens vader molenaar was in Hazerswoude. Het Dagblad van ‘s-Gravenzande maakt in 1812 melding van de inzet van de korenmolen van Wateringen voor hfl. 8.300,-. De bedoelde molen is een wipkorenmolen, getuige een uit been gesneden kunstwerkje.

 

2e helft 19e eeuw

In de tweede helft van de negentiende eeuw laat de buurman van molenaar Persoon, een notaris, zo`n hoog huis bouwen (huis Altena), dat de wind van de molen wordt afgevangen. Persoon besluit een nieuwe molen te bouwen en wel zó hoog “dat hij vanaf de stelling in de schoorsteen van de notaris kan pissen”. Deze grote ronde stenen stellingmolen wordt in 1869 in gebruik genomen. Op 14 november 1880 breekt brand uit en de molen brandt nagenoeg volledig uit. De molen wordt kort daarna herbouwd, waarbij gebruik wordt gemaakt van de as van één van de afgebroken molens van de polder “de vier Noorderkoggen” te Medemblik. De kap komt van een molen uit Friesland.

1e helft 20e eeuw

In 1930 wordt C.N. Bom eigenaar van de molen en kort daarna schaft hij een dieselmotor aan. Als blijkt dat voor een hoognodige reparatie aan de molen f. 400,- nodig is, moet vastgesteld worden dat het geld er niet is: het is crisistijd! Geld voor dieselolie (2 cent per liter) is er nog wel. Tijdens de hongerwinter van 1944 wordt nog geprobeerd op de wind te malen, maar tevergeefs. In 1947 wordt de stelling gesloopt, in 1952 wordt het gevlucht verwijderd en in 1954 gaat het binnenwerk naar de molen van Vlaardingen.

2e helft 20e eeuw

De molen wordt in 1969 door de stichting “Vrienden van de Wateringsche molen” van de familie Bom gekocht. Het herstel van de molen kan beginnen. De firma P. van Beek uit Rijnsaterswoude voert de restauratie uit. Besloten wordt om maar één koppel maalstenen te plaatsen. Dit koppel komt, tezamen met het bovenwiel, het spoorwiel en nog enkele andere onderdelen van de afgebroken korenmolen te Rhoon bij Rotterdam. Op 1 mei 1972 wordt de molen feestelijk in gebruik gesteld. Vanaf die tijd wordt de molen iedere zaterdag bemalen door vrijwillige molenaars. In 1993 volgt nog een grote restauratie: o.a. 5 nieuwe zolders met trappen en de wieken worden opnieuw opgehekt.

21e eeuw

In het najaar van 2008 is er een nieuwe stelling aangebracht. De firma Bom heeft in de molen nog steeds een bedrijf, waarin naast vee- en diervoerders ook meel voor menselijke consumptie verkocht wordt. Bezoekers kunnen nog regelmatig het maalproces gadeslaan. De molen staat er heden ten dage nog prima bij, dankzij de inzet van een actief stichtingsbestuur.